Leerdoelen:
Je weet wat het verschil is tussen een natuurlijke en kunstmatige lichtbron.
Je begrijpt dat je een object alleen kan zien als het licht uitstraalt of het licht reflecteert en dat licht in je oog terecht komt.
Je kan omschrijven wat wit licht is.
Je weet wat het (elektromagnetisch) spectrum is.
Je kan de drie verschillende lichtstralen benoemen en tekenen.
Je kan uitleggen hoe je kleur ziet.
Bestudeer blz.147-148 (leerboek), Maak opdracht 1-18 (werkboek blz. 95-97)
Het filmpje is ter ondersteuning. Het kan dat er extra dingen worden besproken die niet binnen je eigen lesstof vallen. Maar veel van wat behandelt wordt kan je zeker gebruiken ter voorbereiding van je toets.
Leerdoelen:
Je kan een kernschaduw onderscheiden van een halfschaduw.
Je kan de schaduw die ontstaat als een lichtbron op een object valt, tekenen.
Je kan uitleggen welke objecten wel en geen schaduw vormen.
Je kan uitleggen wat er gebeurt met de schaduw wanneer je een object dichter of verder weg van de lichtbron plaatst.
DP 6.2.1: Schaduwen
Onderzoeksvraag: Wanneer is een schaduw het grootst ?
DP 6.2.2: Voorwerpen en schaduwen
Onderzoeksvraag: Vormen alle voorwerpen een schaduw ?
Bestudeer blz.122+161+162 (leerboek), Maak opdracht 1-12 (werkboek blz 51-54)
Bestudeer blz.160 (leerboek), Maak opdracht 9-12 (werkboek blz 120-121)
Leerdoelen:
Je kent de begrippen hoek van inval en hoek van terugkaatsing.
Je kent de begrippen voorwerpsafstand en objectafstand en weet hoe die bij een spiegel in verband met elkaar staan.
Je kent de spiegelwet en kan deze toepassing in een tekening.
Je kan omschrijven wat het gezichtsveld is en deze in een tekening aangeven.
LP 6.3.1: Spiegelen
Onderzoeksvraag: Hoe wordt een invallend lichtstraal op een spiegel teruggekaatst ?
DP 6.3.2: Gezichtsveld
Onderzoeksvraag: Wordt je gezichtsveld groter of kleiner als je dichter bij een spiegel staat ?
Bestudeer blz.126+127 (leerboek), Maak opdracht 1-13 (werkboek blz 59-62)
Het filmpje is ter ondersteuning. Het kan dat er extra dingen worden besproken die niet binnen je eigen lesstof vallen. Maar veel van wat behandelt wordt kan je zeker gebruiken ter voorbereiding van je toets.
Bestudeer blz.155 + 156 (leerboek), Maak opdracht 1-10 (werkboek blz 110+111)
Het filmpje is ter ondersteuning. Het kan dat er extra dingen worden besproken die niet binnen je eigen lesstof vallen. Maar veel van wat behandelt wordt kan je zeker gebruiken ter voorbereiding van je toets.
Leerdoelen:
Je kan een beeld construeren met een bolle lens.
Je kan de beeldafstand bepalen door deze op te meten in je tekening.
Je kent de begrippen voorwerpafstand, beeldafstand en voorwerpgrootte en beeldgrootte.
Je kan de vergroting van een object bepalen.
Bestudeer blz.156 -158 + 157 (die komt erna), Maak opdracht 11-16 (werkboek blz 112+113)
Het filmpje is ter ondersteuning. Het kan dat er extra dingen worden besproken die niet binnen je eigen lesstof vallen. Maar veel van wat behandelt wordt kan je zeker gebruiken ter voorbereiding van je toets.
Het filmpje is ter ondersteuning. Het kan dat er extra dingen worden besproken die niet binnen je eigen lesstof vallen. Maar veel van wat behandelt wordt kan je zeker gebruiken ter voorbereiding van je toets.
Zelf een camera obscure maken ? Dan snap je meteen wat het is.